Dag lieve mama

Johan en Annie Westerink-Oude Nijhuis
Johan en Annie Westerink-Oude Nijhuis

We hadden haar handen vast, mijn vader, broer en ik. Hielden onze adem in toen zij haar laatste adem uitblies. Zeiden vervolgens even helemaal niets. Ze was overleden. Dood. Haar leven en vooral alle pijn. Voorbij. Ik aaide haar zachte wangen. Haar frêle lijf was nog warm, haar glimlach zacht. Ik deed mijn ogen dicht. Het voelde alsof ik aan mijn voeten naar beneden werd getrokken in een grote krater, mijn armen en benen tintelden. En toen voelde ik de armen van mijn vader en broer. We keken elkaar aan en knikten. En keken toen naar mama.

En heel eventjes, daar in die kleine kamer op de vierde verdieping van het kankerziekenhuis, voelde het magisch. Onuitstaanbaar veel verdriet, maar ook dankbaarheid. Dat wij bij haar sterven waren. Dat ze niet alleen was, dat wij samen met haar naar de drempel van het leven waren gelopen.  De wereld kon wachten. Wij waren hier. Alsof niet buiten familie, de pastoor, verpleegkundigen stonden te wachten.  We kaapten eindeloze minuten en waren even in een niemandsland. Samen met haar.

De verpleegkundige met de felle oorbellen en een groot hart kwam binnen en vroeg of ik wilde helpen. Helpen? Ze gaf de kleren van mijn moeder aan. O ja, ik mocht haar aankleden.  Samen met mijn broer. Ja dat wilde ik wel. En hij ook. Eerst wasten we haar. Het lijf dat ons gedragen had woog haast niets meer. Maar ik vond het niet eng. Hoe je je dode moeder aankleedt? Met heel veel liefde. De champagnekleurige panty. De grijze rok. De vrolijke blouse over haar magere lijf.

En toen brak ik. Want ineens lag er geen zieke moeder meer in bed, maar de mama die ik zo goed kende. Die mooi was. Niet ziek maar stoer en chique. Die er nu bij lag alsof ze zomaar weer wakker kon worden. Ik liep de gang op, heen en weer geslingerd tussen diep verdriet en euforie om de pijn die nu voorbij was. Ik huilde toen ik mijn opa, oma, ooms en tantes, buren zag staan. Zij huilden ook, keken naar de grond. Ik zei dat het zo verdrietig was maar ook zo mooi. En dat ze er nu zo prachtig bij lag. Dat ze echt moesten gaan kijken. Dat het niet eng was, de dood. Ze begrepen me niet helemaal.

Ze zeggen wel eens dat je eerst iets meegemaakt moet hebben voordat je je er een voorstelling van kunt maken. Dat het altijd anders is dan dat je dacht. En dat is ook zo. Want hoe leg je in godsnaam aan een ander uit wat het met je doet als je het leven het zieke lichaam ziet verlaten, hoe een lijf lijkt te ontspannen. eindelijk een einde aan alle pijn. Je kunt naar woorden zoeken, maar je vindt ze niet.

Het is vandaag precies 33 jaar later. Het was verschrikkelijk om mijn moeder en later ook mijn vader te verliezen, en andere mensen van wie ik nu nog steeds houd. Maar het aanwezig zijn bij hun sterven, ze in al hun kwetsbaarheid zien, hun dode lichamen toedekken met liefde. Dat was niet eng, het was een geschenk. Dat niet iedereen gegeven is.

Over Daan Westerink 515 Artikelen
pedagoog (MEd), rouwdeskundige, docent en onderwijsontwikkelaar, publicist, mediator, trainer en social media expert.

1 Reactie

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.




WordPress Anti-Spam door WP-SpamShield