Afscheid nemen bestaat wel

“Hoe moet ik dit in hemelsnaam doen, Daan? Hoe moet ik afscheid van hem nemen. Ik kan echt niet zonder hem.” We rijden door een mistroostig Twente op een koude winterdag. Het nieuwe jaar is nog maar net begonnen en we zijn onderweg naar haar vader, mijn oom. Straks zie ik hem voor de allerlaatste keer. Hij is het jongste broertje van mijn vader, zeventien jaar jonger maar nu net zo oud als pa was toen hij stierf. Nog maar 63 jaar, midden in het leven staand, dol op zijn kinderen en kleinkinderen.

Ze heeft al mijn artikelen doorgeploegd op internet. “Het lijkt heel handig om een nicht te hebben die rouwdeskundige is, maar jij schrijft vooral hoe je rouwt als iemand is overleden. Heel erg mooi, maar zover is het nog niet. Juist over dit laatste stukje, over het onder ogen zien dat hij echt dood gaat, hoe ik daarmee om kan gaan, wat ik nog kan doen, hoe ik het de kinderen vertel, wanneer ik een uitvaartverzorger in moet schakelen, daarover kan ik niets vinden.”

Ik geef haar groot gelijk. Aan een nicht die rouwdeskundige is, daar heb je niets aan als je op het punt staat afscheid te nemen van je vader. Als je in paniek ’s nachts wakker wordt en bedenkt dat er niemand is die je zo goed kent als je vader. Als je je soms zo eenzaam voelt dat het je aanvliegt. Als je niet weet wat wijsheid is, wat je moet regelen, wat normaal is en wat niet. Dan heb je alleen iets aan warme armen om je heen. En die krijgt ze. Van haar man, van haar kindjes, van haar  ouders en ook van mij en mijn gezin. Niet omdat ik rouwdeskundige ben. Maar omdat ze mijn lievelingsnichtje is. Omdat ze meer is dan dat. Omdat ze alles tegen me mag zeggen en omdat ik op al haar vragen antwoord wil geven. En als ik die niet weet, dan zoek ik ze op. Omdat ik er vooral voor haar wil zijn.

En dan zit ik naast mijn oom op de bank. Zijn stem is haast verdwenen. Ik zie de pijn op zijn gezicht. Ik voel een steek in mijn hart als ik zie hoe hij naar zijn dochter kijkt en naar zijn vrouw.  Maar dan maakt hij toch nog een paar grapjes. Humor als beste medicijn. Ons Twentse familiewapen. Ik leg een arm om zijn schouders. Wat zeg je tegen iemand die het leven los moet laten? Vraag het honderd deskundigen en je krijgt vast niet het antwoord dat ik geef. Ik bedank hem. Waarom? Ik denk aan de liefde die hij zijn kinderen en kleinkinderen geeft. De manier waarop hij zijn dochter altijd ondersteunt. Daar mag je iemand voor bedanken. Dat je bent zoals je bent. Ik vraag mijn vader in gedachten om zijn broertje straks goed op te vangen, waar dat dan ook mag zijn.

Als we weer weggaan laat mijn tante me de gebeeldhouwde en in elkaar verstrengelde handen zien die op de kast liggen. Door hun dochter gegeven. Symbolisch voor de liefde tussen haar en haar man. In de auto zeg ik tegen mijn nichtje dat ze het harstikke goed doet, afscheid nemen. Iedere dag een stukje. Dat alle emoties er mogen zijn. En dat het goed is dat ze buurtzorg hebben in geschakeld om de laatste dagen te bespreken. Dat er een steengoede uitvaartverzorgster in Almelo zit met een hart van goud en een geordend hoofd. Dat die ook heel veel kennis heeft over afscheid nemen. Dat er geen protocol voor afscheid nemen bestaat. Dat ze het op haar eigen manier mag en moet doen.

Als ik weer thuis ben, draai ik het nummer Afscheid nemen bestaat niet van Marco Borsato. Het lied dat me altijd zo verschrikkelijk boos maakte na de dood van mijn vader. Hoezo nou, afscheid nemen bestaat niet. Hoeveel pijn het ook doet: neem wel afscheid als het kan. Met heel je hart. Afscheid nemen bestaat wel. Dag lieve oom.

Over Daan Westerink 515 Artikelen
pedagoog (MEd), rouwdeskundige, docent en onderwijsontwikkelaar, publicist, mediator, trainer en social media expert.

1 Reactie

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.




WordPress Anti-Spam door WP-SpamShield